Klik hieronder om deel 2 te lezen:
Beter zien zonder bril deel 2: Anatomie van het oog (2/2)!
De meest voorkomende problemen zijn refractieafwijkingen, beter bekend als bijziendheid, verziendheid, astigmatisme en presbyopie. Refractieve fouten kunnen optreden wanneer de vorm van het oog voorkomt dat licht direct op het netvlies gericht kan worden. De lengte van de oogbol (langer of korter), veranderingen in de vorm van het hoornvlies, of veroudering van de ooglens kan refractieafwijkingen veroorzaken. Veel mensen hebben last van een of meer van deze problemen.
Wat is lichtbreking?
Breking is de afbuiging van het licht wanneer het van een object naar het andere object gaat. We kunnen iets zien wanneer lichtstralen worden gebogen (gebroken) als ze door het hoornvlies en de ooglens passeren.Het licht wordt dan gericht op het netvlies.Het netvlies zet de lichtstralen om in berichten die via de oogzenuw naar de hersenen worden gestuurd. De hersenen interpreteren deze berichten in de beelden die we zien.
Welke soorten refractieafwijkingen?
De meest voorkomende vormen van refractieve fouten zijn bijziendheid, verziendheid, astigmatisme en presbyopie, maar wat is het verschil tussen deze problemen?
1. Bijziendheid
Bijziendheid(ook wel myopie genoemd) is een aandoening waarbij voorwerpen van dichtbij duidelijk zichtbaar zijn terwijl objecten die ver weg zijn onscherp lijken. Met bijziendheid komt het licht vlak voor het netvlies in plaats van precies op het netvlies.
Hoe ontwikkelt bijziendheid zich?
Bijziendheid ontwikkelt in ogen die beelden voorhet netvlies in plaats van op het netvlies plaatsen, hierdoor zullen mensen alles iets wazig zien. Dit gebeurt wanneer de oogbol te lang is er dat zorgt ervoor dat binnenkomend licht niet direct op het netvlies kan worden gezet. Het kan ook worden veroorzaakt door een afwijkende vorm van het hoornvlies of de ooglens.
Wie loopt risico op bijziendheid?
Bijziendheid kan invloed hebben op zowel kinderen als volwassenen. De aandoening komt bij ongeveer 25 procent van Nederlanders voor. Bijziendheid wordt vaak vastgesteld bij kinderen tussen 8 en 12 jaar oud en kan tijdens de tienerjaren verergeren. Meestal treed er weinig verandering op tussen de leeftijd van 20 tot 40, maar soms wordt bijziendheid erger als mensen ouder worden. Mensen van wie de ouders bijziend zijn hebben meer kans om de aandoening te krijgen.
Wat zijn de tekenen en symptomen van bijziendheid?
Sommige van de tekenen en symptomen van bijziendheid zijn onder meer:
- Hoofdpijn
- Vermoeidheid van de ogen
- Ametropie
- Moeite met verre objecten zien, zoals snelwegborden
2. Verziendheid
Verziendheid (ook wel hypermetropie genoemd) is een veel voorkomende vorm van een refractieafwijking. Hier zijn objecten in de verte duidelijker te zien dan voorwerpen die vlak voor het gezicht zijn. Mensen ervaren verziendheid anders. Sommige mensen hebben het misschien niet in de gaten dat ze problemen hebben met zien, vooral als ze nog jong zijn. Voor mensen met aanzienlijke verziendheid kan het zicht wazig zijn voor objecten op elke afstand, zowel dichtbij als veraf.
Hoe ontwikkelt verziendheid zich?
Verziendheid ontwikkelt in ogen waar beelden achter het netvlies in plaats van op het netvlies komen, dit kan leiden tot wazig zien. Dit gebeurt wanneer de oogbol te kort is er zorgt ervoor dat binnenkomend licht niet direct op het netvlies kan worden gezet. Het kan ook worden veroorzaakt door een afwijkende vorm van het hoornvlies of de ooglens.
Wie loopt risico op verziendheid?
Verziendheid kan invloed hebben op zowel kinderen als volwassenen. Het betreft ongeveer 5 tot 10 procent van Nederlanders. Mensen van wie de ouders verziend zijn hebben meer kans om de aandoening te krijgen.
Wat zijn de tekenen en symptomen van verziendheid?
De symptomen van verziendheid variëren van persoon tot persoon. De opticien kan eventueel helpen wanneer je denkt dat er een probleem is.
Vaak voorkomende tekenen en symptomen van verziendheid zijn onder meer:
- Hoofdpijn
- Vermoeidheid van de ogen
- Wazig zien, vooral voor dichtbij gelegen objecten
3. Astigmatisme
Astigmatisme is een aandoening waarbij de ogen niet gelijkmatig licht richten op het netvlies, het lichtgevoelige weefsel aan de achterkant van het oog. Dit kan er voor zorgen dat beelden onscherp en uitgestrekt zijn.
Hoe ontwikkelt astigmatisme zich?
Astigmatisme komt voor wanneer licht anders wordt gebogen, afhankelijk van waar het op het hoornvlies valt en door de oogbol loopt. Het hoornvlies van een normaal oog is gekromd als een voetbal, met dezelfde mate van rondheid in alle gebieden. Een oog met astigmatisme heeft een hoornvlies dat gebogen is, meer als een rugbybal, met enkele gebieden die steiler of ronder zijn dan andere. Dit kan ervoor zorgen dat beelden onscherp en uitgestrekt lijken.
Wie loopt risico op astigmatisme?
Astigmatisme kan invloed hebben op zowel kinderen als volwassenen. Mensen met een lichte vorm van astigmatisme zullen niet veel verandering merken. Het is belangrijk regelmatig een oogonderzoek te laten doen om eventueel astigmatisme vroegtijdig bij kinderen op te merken.
Wat zijn de tekenen en symptomen van astigmatisme?
Tekenen en symptomen zijn onder meer:
- Hoofdpijn
- Vermoeidheid van de ogen
- Vervormd of wazig zien op alle afstanden
- Problemen met 's nachts rijden
Kun je astigmatisme hebben en het niet weten?
Het is mogelijk om een milde vorm van astigmatisme hebben en dat niet door te hebben. Dit geldt voornamelijk voor kinderen, die zich er niet van bewust zijn dat de manier waarop ze zien anders is dan normaal. Sommige volwassenen kunnen ook last hebben van een milde vorm van astigmatisme zonder symptomen te hebben.
4. Presbyopie
Presbyopie (ook wel ouderdomsverziendheid genoemd) is een leeftijdsgebonden aandoening waarbij het vermogen om scherp te zien van dichtbij moeilijker wordt. Als het oog ouder wordt kan de lens niet meer genoeg van vorm veranderen, hierdoor kan het ook zich niet genoeg meer aanpassen om voorwerpen van dichtbij duidelijk te kunnen zien.
Hoe ontwikkelt presbyopie zich?
Presbyopie kom vanzelf bij mensen voor als ze ouder worden. Het oog is niet in staat om licht direct op het netvlies te richten door het verharden van de natuurlijke ooglens. Ouder worden heeft ook invloed op de spiervezels rond de ooglens waardoor het moeilijker is het oog op dingen die dichtbij zijn te richten. De niet-effectieve ooglens zorgt ervoor dat het licht achter het netvlies valt, waardoor mensen objecten die dichtbij zijn niet goed kunnen zien.
Wanneer je jonger bent is de lens van het oog zacht en flexibel, waardoor de kleine spieren in het oog de ooglens gemakkelijk kunnen aanpassen om zich op die manier te concentreren op voorwerpen die dichtbij en veraf zijn.
Wie loopt risico op presbyopie?
Iedereen ouder dan 35 loopt risico bij het ontwikkelen van presbyopie. Iedereen heeft problemen met het gezichtsvermogen bij voorwerpen die dichtbij zijn als ze ouder worden, maar sommige mensen merken dit meer dan anderen.
Wat zijn de tekenen en symptomen van presbyopie?
Tekenen en symptomen zijn onder meer:
- Moeite met lezen van kleine lettertjes
- Leesmateriaal verder af moeten houden dan armafstand
- Problemen met het zien van voorwerpen die dicht bij zijn
- Hoofdpijn
- Vermoeide ogen
Als je een van deze symptomen hebt dan is het een goed idee een oogzorgspecialist te bezoeken voor een uitgebreid oogonderzoek. Als je een bril of contactlenzen hebt en toch last hebt van deze problemen zou het kunnen dat je een sterkere bril of contactlezen nodig hebt.
Helmholtz theorie van kleur
Herman Helmholtz was een in Duitsland geboren arts en natuurkundige die belangrijke vooruitgang heeft geboekt in verschillende gebieden van de wetenschap. Een van zijn meest opmerkelijke prestaties was gebaseerd op het werk van Thomas Young. Dit was de theorie dat het menselijk oog kleur onderscheidt aan de hand van drie verschillende soorten fotoreceptoren die reageren op drie verschillende kleuren. Helmholtz veronderstelde dat combinaties van deze drie kleuren alle andere kleuren gezien door het menselijk oog konden creëren.
Geschiedenis
Thomas Young had de oorspronkelijke theorie dat er drie verschillende soorten fotoreceptoren bestonden die slechts drie verschillende kleuren konden zien. Dit stelde Young al vast in 1802, en later werd Young's theorie nog eens onder de loep gelegd door Herman Helmholtz, bijna een halve eeuw later in 1850.
Helmholtz stelde dat deze drie fotoreceptoren elk gevoelig zijn voor specifieke golflengten van het licht, en dat het menselijk brein deze golflengten als drie kleuren interpreteert, rood, blauw en groen, deze drie kleuren maken samen elke andere kleur van het spectrum. Door de twee betrokken mannen wordt deze theorie ook vaak aangeduid als de Young-Helmholtz theorie.
Betekenis
De Helmholtz theorie heeft bijgedragen aan een beter begrip hoe de mens kleuren ziet in de wereld om ons heen, maar het hielp ook wetenschappers beter te begrijpen waarom sommige mensen last hebben van kleurenblindheid. Dankzij het werk van Helmholtz creëerde Dr. Shinobu Ishihara een kleurwaarneming test om te zien of patiënten eventueel last hadden van kleurenblindheid. Dit is vooral belangrijk voor bepaalde beroepen zoals piloten en astronauten, vooral omdat kleurenblindheid een duidelijk veiligheidsrisico zou kunnen zijn.
Soorten
Volgens de Young-Helmholtz theorie zijn er drie verschillende type kegeltjes in het menselijk oog.Deze kegels zijn geclassificeerd als S, M of L kegels die staan voor korte golflengte, middellange golflengte en lange golflengte, ze reageren respectievelijk op blauw, groen en rood licht.
Functie
De informatie van drie verschillende receptor kegels die blauw, groen, en rood licht ontvangen worden gecombineerd in de hersenen in verschillende mengsels, afhankelijk van de golflengte van het licht die het oog ontvangt.Wanneer alle drie typen receptoren hetzelfde worden gestimuleerd dan zien de hersenen wit licht, terwijl andere variaties alle andere kleuren in het lichtspectrum kunnen maken.
Misvattingen
Je hebt misschien ooit wel geleerd dat verschillende mengsels van drie primaire kleuren, blauw, geel en rood, resulteren in diverse andere kleuren. Echter, televisie maakt gebruik van verschillende primaire kleuren als blauw, groen en rood waaruit het beeld opgebouwd is. Het blijkt dat geprojecteerde kleuren additief zijn en afgedrukte kleuren subtractief zijn.
Dit betekent dat de primaire kleuren geprojecteerd worden in licht blauw, groen en rood zijn, maar samen gevoegd krijg je wit. De primaire kleuren bedrukt met pigment zijn blauw, geel en rood, waar alles opgeteld, in gelijke hoeveelheden zwart krijgt.
Klik hieronder om deel 4 te lezen:
Beter zien zonder bril deel 4: Tips om beter te zien